Nederlandse rode wijnen zijn misschien niet het eerste waar je aan denkt bij een goed glas rood, maar wie zich laat verrassen ontdekt een wereld vol karakter en originaliteit. De wijngaarden van Nederland, vaak omringd door weilanden en molens, brengen wijnen voort die net zo eigenzinnig zijn als het weer hier. Van de glooiende heuvels in Limburg tot de zandgronden van Gelderland: overal wordt geëxperimenteerd met druivenrassen die tegen een stootje kunnen.

Pinot Noir, Regent en Rondo zijn de sterren onder de Nederlandse rode druiven. Pinot Noir levert lichte, elegante wijnen met tonen van kersen en aardbeien – denk aan een zomerse picknick in een glas. Regent en Rondo geven juist diepere, kruidige wijnen met een vleugje zwarte bes, perfect voor bij een kaasplank of een herfstige stoofpot.

Wat Nederlandse rode wijn zo bijzonder maakt? Het frisse klimaat zorgt voor levendige zuren en een subtiele fruitigheid. Hierdoor zijn deze wijnen toegankelijk, dorstlessend en verrassend veelzijdig aan tafel. Of je nu kiest voor een jonge, sappige rode wijn of een houtgerijpte variant met een vleugje vanille: Nederlandse wijnmakers weten hoe ze het beste uit hun druiven halen.

Steeds meer wijnliefhebbers ontdekken de charme van lokaal rood. Nederlandse rode wijn is niet alleen duurzaam (minder transport, meer liefde voor het land), maar ook een feest voor de smaakpapillen. Probeer eens een fles uit de Achterhoek of Zuid-Limburg en proef dat vakmanschap en passie direct terug in je glas.

Kortom: Nederlandse rode wijnen zijn eigenzinnig, fris en vol karakter. Ideaal voor wie graag buiten de gebaande paden drinkt – en misschien zelfs een beetje chauvinistisch wil genieten. Zet de klompen aan de kant, trek de kurk uit de fles en ontdek dat rood ook gewoon Hollands kan zijn!